Een kandelaar werd vroeger vooral gebruikt om een kamer of ander vertrek mee te verlichten, voor de uitvinding van het elektrische licht was de kandelaar met brandende kaars een van de weinige vormen van verlichting. Ook na de uitvinding van elektriciteit bleef de kaars nog lang een veel gebruikte manier om de slaapkamer mee te verlichten, men nam een kandelaar met daarin één of meerdere kaarsen mee en zette deze naast het bed om nog wat licht te hebben.
De kandelaar als gebruiksvoorwerp om vertrekken mee te verlichten raakte in verval bij de grootschalige invoering van elektriciteit in woningen en andere gebouwen, maar toch bleef de kandelaar een symbool van warmte, licht en gezelligheid.
Ook voor rituelen worden nog immer kandelaren gebruikt, in restaurants en religieuze gebouwen vind je nog altijd een kandelaar op tafel of voor het uitvoeren van rituelen.
De kandelaar in woningen dient ter decoratie, het branden van een kaars geeft gezellig sfeervol licht en een kandelaar die de kaarsen mooi recht houdt en het kaarsvet opvangt geeft een mooi gedekte tafel een sfeervolle gezellige aanblik.
Naast de klassieke enkelvoudige of meervoudige kandelaars zijn er tegenwoordig ook zeer moderne kandelaars van verschillende materialen en in de meest uiteenlopende vormen. Glas is een voorbeeld van een materiaal waarmee zeer moderne en veelzijdige kandelaars worden gemaakt, deze geven een moderne maar toch sfeervolle uitstraling.